Huisvesting Rode regenboogvis
Omheining
Met een achterwand. Regenboogvissen hebben behoefte aan beschutting en een rustige plek. Regenboogvissen kunnen door het aquariumglas heen kijken. Daarbij nemen ze bewegingen en licht aan. Door een wand aan de achterzijde van het aquarium te plaatsen, kan de regenboogvis gemakkelijker een rustige en donkere schuilplek vinden. Ook heeft de regenboogvis door de achterwand minder last van hinderlijke spiegeling. In de handel zijn verscheidene soorten achterwanden verkrijgbaar. Er zijn posters verkrijgbaar om achter het aquarium te plakken. Op deze posters staan vaak gedrukte aquarium landschappen. Ook zijn er gemodelleerde kunststof wanden, die achter in het aquarium geplaatst worden. 26 28
Vloer
Onderhoud
In een aquarium kan een filter of luchtpomp geplaatst worden voor een betere zuurstofverdeling en het voorkomen van hoge concentraties giftige stoffen. Een binnenfilter met een membraanpomp is geschikt voor een bak die niet langer is dan 80 cm. Grote bakken hebben een waterpompfilter nodig. Een keer per uur moet de gehele inhoud van de bak de filter zijn gepasseerd.
Omgeving
Zorg er altijd voor dat het aquarium op een volledig vlakke kast, tafel e.d staat. Er komt ongemerkt heel wat gewicht in het aquarium en door druk op een ongelijk oppervlakte kan het glas barsten.
Een koele plaats is beter dan direct in het zonlicht. Het zonlicht bevordert de algengroei en kan de temperatuur van het water hoog laten oplopen zodat er te weinig zuurstof in het water overblijft. Zet hem daarom op een plaats waar er alleen ´s morgens 1 of 2 uur zonlicht invalt. Zelfs de beste kunstverlichting laat een rode regenboogvis er niet zo mooi uitzien zoals zonlicht dat kan, dus het is heel mooi om 2 uur per dag van het zonlicht gebruik te maken.
Als het aquarium niet bij een raam staat is kunstmatige verlichting noodzakelijk. Dit kan met verschillende soorten lampen. Halogeen lampen kunnen direct boven het aquarium gehangen worden. Hiervoor worden 15 Watt tl-buizen met lichtkleur 42 gebruikt. Deze lampen worden wanneer mogelijk aan de voorzijde boven de bak gemonteerd. De vissen worden dan schuin van voren belicht, waardoor de kleuren mooi opglanzen. Als de lampen te ver naar achteren hangen, zie je de vissen vanuit het tegenlicht, wat minder mooi is.
Regenboogvissen leven niet in dicht beplante en begroeide wateren. Ze zullen zich dus ook wel op hun gemak voelen in een aquarium zonder beplanting, mits er wel genoeg schuilplaatsen zijn. Deze schuilplaatsen kunnen gemaakt worden met stenen en kienhoutwortels. Planten in het aquarium zorgen voor zuurstof, breken bitraat af, zorgen voor beschutting, dienen als afzetsubstraat voor eieren en geven het aquarium een natuurlijker uiterlijk. Regenboogvissen storen zich niet aan planten. 26
Geschikte waterplanten zijn:
De optimale watertemperatuur bij rode regenboogvissen ligt tussen de 22 en 28 °C. Bij een te hoge temperatuur toont meestal alleen het sterkste mannetje de rode prachtkleuren, de andere mannetjes zijn dan roodbruin. Bij een temperatuur rond de 22 °C zijn alle mannetjes rood. De vrouwtjes zijn zilverkleurig met een gouden glans. Om het water te verwarmen kan een verwarmingselement zoals een staafverwarming of een verwarmingskabel gebruikt worden. Beide moeten een laag voltage hebben. Voor het aanschaffen kan om advies gevraagd worden bij de dierenspeciaalzaak.
Watersamenstelling:
Met een aantal verschillende tests is het gemakkelijk om thuis de watersamenstelling van het aquariumwater te meten. Dit kan van belang zijn als je wilt weten of het water geschikt is voor de rode regenboogvis. Ook kan het oorzaken aantonen van algenplagen of vissensterfte. Dit zijn de belangrijkste tests:
Geeft aan hoeveel zuren er in het water zitten. Neutraal water heeft een pH waarde van 7. Een pH waarde lager dan 7 is zuur en een pH waarde boven 7 is basisch. Een pH tussen de 6,5 en 7,5 is optimaal voor het aquariumwater van een rode regenboogvis.
Geeft aan hoeveel carbonaat (CO3), het hoofdbestanddeel van kalk, er in het water zit. Dit wordt gemeten in °DH (Duitse Hardheid). Kalk neutraliseert een teveel aan zuur. De optimale KH ligt tussen de 6 °DH en 10 °DH
Geeft aan hoeveel Calcium en Magnesium er in het water zijn opgelost. GH wordt net als DH gemeten in °DH. Het meten van de GH is vooral belangrijk voor het welzijn van dieren en planten. De optimale waarde ligt ook tussen de 10 °DH en 17 °DH.
Nitriet en nitraat zijn afbraak producten, dus moeten in een zo laag mogelijke concentratie in het water voorkomen. De aanwezigheid van nitriet geeft een slecht milieu in het aquarium aan. Als er nitriet in het water aanwezig is leven er anaërobe (zuurstofmijdende) bacteriën. Hier kun je uit opmaken dat het biologisch evenwicht is ontregeld door rottingsbacteriën.Een verhoogde hoeveelheid nitraat in het water betekent niet dat er een slecht milieu in het aquarium is. Nitraat is een tussenproduct van aërobe (zuurstofminnende) bacteriën en valt uiteindelijk uiteen in stikstof en zuurstof. Stikstof en zuurstof worden weer door de planten opgenomen. Een te hoog nitraat gehalte duidt dus op een overschot aan afvalstoffen. Het nitriet gehalte mag maximaal 0,1 mg/l zijn en nitraat 5-10 mg/l.20
Je kunt de pH, KH, DH en het nitraat en nitriet gehalte gemakkelijk thuis meten d.m.v. teststroken. Deze 5 in 1 stroken hou je in het water en dan kan je met een bijhorende kleurkaart in een keer de waardes van deze onderdelen aflezen.