Huisvesting Koraalteen Boomkikker

Maten en vloeroppervlakte

Voor de koraalteenboomkikker is een vivarium van 90 x 45 x 75 cm (l x b x h) groot genoeg voor 1 tot 2 paartjes. Het vivarium moet tegen vocht kunnen, en niet aan rotting onderhevig zijn.

Omgeving en omheining

Het substraat (de bodembedekking) moet vochtvasthoudend zijn en afgedekt met een laag mos.

Voor de Europese boomkikker moet het vivarium ingericht worden met klimtakken, schuilplaatsen, platen kurkschors en planten. Verder moet er een watergedeelte zijn dat 1 tot 2 cm diep is.

Onderhoud en verzorging

De temperatuur in het vivarium voor de koraalteenboomkikker moet overdag tussen 22 en 27°C zijn en ’s avonds 18°C. Er moet 14 uur per dag belicht worden. De vochtgraad moet 80% zijn. Dit kan behaald worden door dagelijks te sproeien.

In de koelere winterperiode houden koraalteenboomkikkers een winterslaap. Er moet een normale belichting zijn, gedurende 10 uur per dag. De koraalteenboomkikker moet 4 tot 6 weken, bij een temperatuur van maximaal 23°C gehouden worden. Het sproeien moet gedurende deze periode gestaakt worden. In deze periode moet een poeltje aanwezig zijn dat 8 cm diep is.

Ziekte

Slechte hygiëne en overbevolking van het vivarium kunnen ziekten veroorzaken bij kikkers. In vervuilde vivaria kunnen giftige gassen, zoals ammonia, zich ophopen. Ook verspreiden ziektekiemen en parasieten zich sneller in een vervuilde omgeving.

Veel voorkomende ziekten bij kikkers:
  • Huidverzwering: hierbij zijn rode bloedingen op dijen en onderbuik te zien.

  • Bacteriële tuberculose: hierbij verschijnen builen op de huid, die open kunnen barsten, ook zijn de ogen vaak opgezwollen.

  • Huidbeslag: grijs huidslijm is te zien.

  • Spillepotensyndroom: de poten zijn dun en krachteloos, soms ook in een verkeerde stand.

  • Dieetgebreken: verminderde vruchtbaarheid, lusteloosheid, verlies van eetlust, oogaandoeningen en een stagnerende groei.

  • Darmuitstulping: hierbij lijkt een massa roze vlees uit de cloaca (opening voor geslachtsverkeer, eieren en uitwerpselen) te hangen.

  • Vergiftiging: de aangetaste dieren proberen te lopen maar zakken vaak door de achterpoten wanneer ze proberen deze te strekken.

  • Schimmelinfecties: er ontstaat bruin huidslijm, of een witte viltachtige aangroei.