Jonge korsthagedissen

Bron: artis.nl, waza.org
Jonge korsthagedissen
In het Reptielenhuis in Artis zijn drie korsthagedissen uit het ei gekropen. Voor zover bekend zijn deze eigen gekweekte dieren een Europese primeur. Vijf maanden nadat de eieren gelegd zijn, kropen de jongen eruit.
Korsthagedissen (Heloderma horridum exasperatum) zijn hagedissen die van nature in het westen van Mexico voorkomen. De natuurlijke habitat zijn bossen, halfwoestijnen en graslanden. Korsthagedissen kunnen zo’n 80 cm lang worden en 4 kilo wegen. De mannetjes zijn wat zwaarder en groter dan de vrouwtjes. De huidskleur is zwart met gele tot roze vlekken. De dieren kunnen 30 jaar oud worden maar mogelijk nog wel ouder. De dieren worden pas actief rond de schemering. Overdag schuilen ze in holen. Ook wordt er een winterrust gehouden, van november tot april.
Het voedsel in het wild bestaat uit kleine zoogdieren, vogels, reptielen, kikkers, eieren en insecten. In dierentuinen worden onder andere eendagskuikens, muizen en ratten (bij de volwassen dieren) gevoerd.

Korsthagedissen danken hun naam aan bobbels op de huid die op korsten lijken. De bobbels zijn versterkte beenplaatjes (osteodermen) die de huid tot een pantser maken. De korsthagedis beschermt zich zo tegen belagers als coyotes, roofvogels en mensen. Ook hebben korsthagedissen gifklieren, net als hun naaste verwanten, de gilamonsters. Deze gifklieren zitten bij de onderkaak en wanneer de korsthagedissen een prooi of aanvaller bijten komt het gif via groeven in de ondertanden in de prooi terecht. De korsthagedis blijft de prooi vasthouden en door kauwen wordt het gif verspreid in de prooi. Een beet van een korsthagedis is dan ook bijzonder pijnlijk.